De GroenLinks-fractie in Amstelveen reageert verheugd op de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland. Een echtpaar uit het Noord-Groningse Bierum dat op veilige en verantwoorde wijze cannabis teelt is schuldig, maar krijgt geen straf. Volgens GroenLinks wordt hiermee de achterdeur van de coffeeshops geopend en zij wil weten wat dit voor Amstelveen betekent.
GroenLinks Amstelveen stelde eerder al schriftelijke vragen (zie download) over de kosten en opbrengsten van de Amstelveense wietaanpak, dat bleek dweilen met de kraan open: de gemeente en andere instanties zijn er veel tijd, geld en moeite mee kwijt, maar de illegale plantages blijven (zie download). Fractievoorzitter van GroenLinks Axel Boomgaars: "Het drugsbeleid is hypocriet. Coffeeshops mogen wel softdrugs verkopen, maar de hennepkweek is verboden. GroenLinks vindt dat wie veilig en verantwoord cannabis teelt geen straf moet krijgen. Deze rechterlijke uitspraak maakt dat nu mogelijk."
In de gemeenteraad was echter nét geen meerderheid voor het initiatief van GroenLinks tot een oproep voor het reguleren en certificeren van wietteelt: D66, GroenLinks, PvdA en SP waren met 18 zetels voor, VVD, CDA, BBA, OCA en ChristenUnie waren met 19 zetels tegen. Hierop besloot de burgemeester een brief (zie download) naar minister Opstelten te sturen om de Amstelveense problematiek uit te leggen en hem te dragen tot een structurele oplossing te komen.
De uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland zet de achterdeur voor wietteelt, ook in Amstelveen, weer open. Daarom zal GroenLinks in de aankomende commissievergadering Algemeen Bestuur en Middelen (ABM) mondelinge vragen stellen over de gevolgen van deze uitspraak voor de Amstelveense aanpak. Boomgaars: "De deur lijkt nu landelijk open te gaan om wietteelt op lokaal niveau te regelen. Daarmee kunnen we controle houden op de volksgezondheid, voorkomen we brandgevaar in woonwijken en halen we wietteelt uit de handen van de georganiseerde misdaad. Dat lijkt mij alleen maar winst." De uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland verscheen op 16 oktober 2014 onder zaaknummer ECLI:NL:RBNNE:2014:5043.